Blog van Esmeralda - Deel 2

ESMERALDA LOOPT 6 MAANDEN STAGE IN NEPAL BIJ EEN HEF FAMILIE. ZE PRAAT JE GRAAG BIJ OVER ALLES WAT ZE MEEMAAKT. DIT IS HET TWEEDE DEEL.

Goedemorgen mooie wereld! Het zonnetje schijnt, de lucht is blauw, teletubbies kom maar…! O nee toch niet, want dit is al de vijfde dag zonder elektriciteit of wifi. Niemand weet waarom het weg is of wanneer het terugkomt, altijd leuk die verassingen. Inmiddels ben ik hier helemaal alleen in het hostel, het is trouwens zondag nu ik dit schrijf. Vanmorgen vroeg (ja, erg vroeg, om 5:40) heb ik de laatste meiden en Sisir uitgezwaaid , die zijn nu onderweg naar huis en ze vertrokken met een grote glimlach. Ik heb hen ook met een grote glimlach uitgezwaaid maar mijn hartje was niet zo vrolijk omdat het hier erg stil zal zijn wanneer de meiden weg zijn en ik mis hen nu al. Gelukkig komt Apphia zometeen en die blijft hier logeren de komende week en dat is supercool want stel je een hostel voor (of hotel) enorm groot, al die kamers, en je woont daar met z’n tweeën! Zoals ik al eerder vertelde was afgelopen weken vliegend druk en daardoor heb ik ook super veel meegemaakt dus pak een lekker bakkie thee (Nepali thee is heerlijk) en de koekjestrommel (die mis ik hier) en ga er maar eens lekker voor zitten! Deze blog heeft trouwens letterlijk bloed, zweet en tranen gekost omdat ik hem onmogelijk via mijn tablet verzonden kreeg en hem dus helemaal overgetypt heb op mijn telefoon zodat jullie toch een beetje mee kunnen genieten van het leven hier!

Zes dagen lang heb ik lesgegeven, s’morgens vroeg in het hostel, dan na je ontbijt de berg beklimmen richting de jungle school en na die les snel terug om te eten en dan richting de kerk want er is een groep vrouwen die erg graag Engels wil leren dus ik geef nu ook Engelse les in de kerk. Het is een hele uitdaging om aan iedereen les te geven want de vrouwen hebben de gewoonte om overal om te lachen, en sommige kinderen snappen er niets van terwijl andere klasgenoten het te makkelijk vinden, wat logisch is omdat kinderen tussen de 8 en 14 in dezelfde klas zitten. Dit zorgt wel elke dag weer voor een nieuwe avontuur. Wanneer ik ‘s middags in het hostel kom schrijf ik mijn verslag en bedenk ik wat we de volgende dag gaan doen en daarna breng ik de rest van de dag met de meiden door, heerlijk! Wat een leuke, lieve, spontane ladies zijn dit! Ashmita en Surakshya zijn van mijn leeftijd en ze leren me alles, helpen me met alles en we hebben enorm veel plezier. Zelfs zulke grote lachbuien dat Sisir komt vragen of alles nog goed gaat, en dat is een goed teken!

Woensdagavond aten we vis, Sisir had die ochtend gevraagd of ik ‘Fiesch’ lustte en ik had geen idee wat hij daarmee bedoelde dus had ik enthousiast ja geknikt, help! Want toen ik de keuken in kwam, met een blije Sisir omdat hij dol is op vis, werd ik aangestaard door een oog van een in stukken gehakte vis en die gingen we heerlijk opsmikkelen met kop en staart en graat en al. En ik dacht ‘heb ik de kip overleefd krijgen we dit!’. Ik had graag een foto gemaakt van het geheel maar mijn redding van de dag was de ingeving om een keer met mijn handen te eten. Wat zij erg leuk en lachwekkend vonden omdat ik een grote kluns was met al die rijstkorrels maar het gaf mij de gelegenheid om stiekem de graatjes onder mijn te grote portie rijst te verstoppen. Jaja, je wordt vanzelf handig, de vis was heerlijk trouwens, net als al het eten hier, maar die foto is dus niet gelukt omdat mijn handen onder de vis en saus en rijst zaten, ik ben zo blij met mijn bestek, wat een kliederbende was het zeg. Dat had ik van mama thuis echt niet gemogen😉

De volgende ochtend scheen de zon en was het lekker warm dus ik sprong vrolijk mijn bed uit om de was te doen en ik bedacht mezelf dat ik die paraplu eindelijk een keer niet hoefde te gebruiken vandaag. Twee vliegers die niet opgaan in Nepal. Mijn was hing inderdaad heerlijk te drogen, en die paraplu had ik inderdaad niet nodig voor de regen, dus ik was erg verrast toen Sisir hem toch aan mij meegaf. Na tien minuten lopen wist ik waarom, iedereen gebruikt die paraplu voor de zon, en het was zo bloedverzengend heet dat we kruipend de berg beklommen en er 40 minuten over deden (de vorige dag was het ons gelukt in 20, moet je nagaan). Eenmaal boven aangekomen werd de lucht in een klap helemaal donker en barste de bui los, erg fijn als je een lekkend dak hebt in de klas, maar de kinderen schijnen er geen last van te hebben. Ja, mijn was hing nog steeds buiten, met passie gewassen en trots dat het mij zelf gelukt was, gelukkig hadden de meiden het binnengehaald en rook alles ‘s avonds heerlijk fris naar Ariel en ja daar word ik enorm blij van hier in het verre nepalland. Na de les leek de bui voorbij te zijn dus gingen wij op weg naar beneden. We waren nog geen tien minuten aan het lopen en toen kwam er weer een stortvloed over ons heen. Zo erg dat we ruim een kwartier moesten schuilen omdat je niets kon zien en niet kon lopen en we zagen de weg al snel veranderen in een modderstroom. Dat zorgde voor een flinke lachbui want je zit in de middle of nowhere, in je nette kleding, in de stromende regen, en er is geen moeder die je komt halen met de auto, nee je moet gewoon lopen totdat je tot op je bot toe nat bent, want ja, een paraplu is erg fijn, maar nee, met zo’n bui heb je daar helemaal niets aan. En zo maak je elke dag wel weer een nieuw avontuur mee waarbij je eerst denkt ‘dat heb ik weer!’ en vervolgens lach je er om en maakt het je dag weer goed.

Maar ook na 12 dagen zijn er nog genoeg dingen waar je eerder om huilt dan om lacht. Omdat het bijna vakantie was mochten de meiden een brief schrijven naar hun sponsorfamilie. Allereerst was ik verrast dat deze meiden gesponsord worden zoals wij thuis ook kinderen sponsoren omdat je dan nog eens beseft dat dit echt een andere wereld is. Erg leuk natuurlijk om een brief te schrijven en op de post te doen naar de andere kant van de wereld. Surakshya schreef geen brief, de laatste brief die ze kreeg was zo’n zeven jaar geleden en ze heeft daarna nooit meer iets gehoord, een stoere meid van 18 die zich groot houdt en de anderen enthousiast helpt met hun brieven terwijl van haar gezicht af te lezen is dat ze het erg vind dat ze nooit meer iets hoort. Dus mijn oproep naar jou, sponsor je een kind ergens in deze grote wereld? Stuur dan alsjeblieft ook eens een brief of een kadootje, geloof mij, dit betekent veel meer dan je thuis bedenkt! Daarnaast werden de kinderen vanaf woensdag opgehaald of mochten ze zelf naar huis gaan. Een ontzettend mooi moment om te zien als er een familie lid het hostel binnenkomt en een meisje er naar toe rent en ze de armen om elkaar heen slaan na elkaar zolang niet gezien te hebben. Tegelijkertijd is het ook triest om te zien hoe kinderen, die woensdag opgehaald zouden worden, op vrijdag nog steeds rondjes lopen in hun mooiste kleren en de hoopvolle glimlach op hun gezicht steeds verder veranderd in een verdrietige blik. Zo’n verlangen om naar huis te gaan en de familie laat gewoon op zich wachten en dan breekt m’n hart, snap ik het niet, want het is toch prachtig om weer even samen te zijn? Dan voel ik me zo dankbaar dat het niet uitmaakt wanneer ik naar huis kom, al is het midden in de nacht, mijn ouders zullen klaarstaan en me niet laten wachten, maar in hun armen sluiten, altijd.

Oh ja! Donderdag werd ik door de directrice van de jungle school in haar kantoor geroepen en overhandigde ze mij een echt klassenboek. Zo’n boek waar vroeger in geschreven werd of je op tijd kwam en of je goed je best deed en waar je soms stiekem een beetje bang voor was. Ik ben nu officieel teacher English, mag alles doen wat de andere docenten ook doen en ik mag elke week verantwoording afleggen aan de directrice met wat de kinderen geleerd hebben. Spannend! Toch is dit een erg mooi gebaar omdat ze je waarderen als volwaardig mens, ondanks mijn huidskleur of leeftijd, en ik straalde van top tot teen. Ondanks mijn huidskleur ja, want die huidskleur bepaald je hele leven hier in Dharan. Ik ben blank en blond, en in het hostel en de kerk zijn de mensen ontzettend lief en aardig maar daarbuiten is het letterlijk de grote boze wereld. Je bent blank dus je bent rijk, je bent blank dus je bent een lustobject, je bent blank dus je telt niet mee. Ik mag nooit, echt nooit, alleen over straat, ik mag geen voedsel kopen op de markt, in principe mag ik nu niet eens alleen in het hostel zijn en kunnen deze drie uren alleen zijn me al mijn leven kosten. En dan te bedenken dat ik in Nederland twee jaar op mezelf woonde en alles, maar dan ook echt alles, alleen deed. Dit is een van de dingen waar ik het meeste aan moet wennen, wat ik echt erg vind, want ik ben toch maar gewoon een mens? Nu snap ik hoe het voelt wanneer mensen racistisch zijn. Als ik over straat loop probeer ik mijn lichaam zoveel mogelijk te bedekken, ook in de hitte lange mouwen aan, zodat mijn witte huid niet teveel opvalt en ook mijn blik is continu op de grond gericht in plaats van dat ik mensen groet en hen een glimlach bezorg en dat vind ik erg want het belemmert me om mijn stralende zelf te zijn.

Als je niets meer hebt is God dichtbij wordt altijd gezegd, in de kerk, in de Bijbel, en ik vroeg me altijd af “Hoe kan ik nu niets hebben? Ik heb toch alles!”. Inmiddels weet ik hoe het voelt om niets te hebben, zoals nu wanneer ik volledig afgezonderd ben van de buitenwereld doordat er geen stroom of wifi beschikbaar is en ik niet alleen op pad kan, je hebt niets, je bent alleen, maar de zon schijnt en de vogels fluiten en ik voel me gelukkig want God is bij mij. Hij zorgt voor mij, elk moment, en de relatie met God is op dit moment zo puur en bijzonder. Hij draagt mij op zijn vleugels, en ik kan schuilen onder zijn vleugels en dat maakt de moeilijke momenten niet leuker maar het maakt ze wel dragelijker. Het maakt je dankbaar voor alles, voor de appel, voor een koude douche, voor een uurtje stroom, voor een goede nachtrust. De hele dag door zing je alle opwekkingsliederen die je uit je hoofd kent, als de meiden hier zijn zingen we met elkaar en leren we elkaar nieuwe liedjes. Als de golven overslaan, dan blijf ik hopen op Uw naam, mijn ziel vindt rust want in de storm bent U dichtbij, ik ben van U en U van mij. Geest van God leer mij te gaan over de golven, in vertouwen U te volgen, te gaan waar U mij heen leidt, leidt mij verder dan mijn voeten kunnen dragen, ik vertrouw op Uw genade, want ik ben in Uw nabijheid. Een lied wat ineens realiteit word, wat ik elke dag zing, omdat ik het hier anders geen dag langer uit zou kunnen houden. En zo maakt Ezz heel wat mee in het mooie verre wonderland en is ze nooit alleen.

Hierdoor heb ik me ook geen seconde ongerust gemaakt toen de wifi het niet meer deed en ik geen contact meer kon hebben met mijn familie omdat ook het telefoonnetwerk eruit lag. In vertrouwen dat God voor ze zorgt. Natuurlijk hoop ik dat het snel opgelost is, want ja ik mis ze, en het is erg fijn als je contact met hen kunt hebben, maar God zorgt voor jou en mij en dat geeft zoveel hoop! Elke avond dondert het hier en zijn er enorme onweersbuien waar je angstig van wordt, maar juist die momenten geven troost omdat God dan ineens letterlijk heel dichtbij is. Dit is een enorm lange blog, het is dan ook van een hele week en ik heb geen idee wanneer jij hem zult lezen. Soms krijg ik negatieve reacties,(niet op dit blog hoor) dat ik me aanstel hier, of dat ik me dan maar beter had moeten voorbereiden, en dat ik vrolijk kan vertellen dat ik naar Nepal ga maar beter eerst eens realistisch had na moeten denken. Lieve mensen, dit maakt me niet boos maar wel teleurgesteld, want als je me echt kent weet je dat ik me goed voorbereid heb, je besluit niet in een enthousiast moment van joh laat ik eens mijn studie stopzetten en zes maanden naar Nepal gaan! De voorbereidingen duurde bijna een jaar en zelfs daarin waren al veel tegenslagen. En als je dan eindelijk aankomt hier in Nepal kan je je nog zo goed voorbereid hebben, je hebt er niets aan, want je kan nog zoveel lezen en leren over armoede, het moment dat je zelf door de sloppenwijken ploetert wil je maar een ding, en dat is acuut terug naar huis gaan. Elk rationeel wezen, ook ik, die hier voet zet in een stad waarvan je niet gedacht had dat het nog bestond, wil diezelfde dag nog naar huis. Heb ik het hier dan zo slecht? Nee, ik heb het hier niet slecht, het is zwaar, het is shockend, het is afzien, maar alle mooie momenten en avonturen die er tegenover staan houden het in balans. Ben ik dan zo goed dat ik hier nu nog steeds ben? Absoluut niet, God is hier degene die goed is, die mij elke dag weer tienduizend redenen tot dankbaarheid laat zingen.

Over eten gesproken, het is een echte zondagmorgen, voor de meiden weggingen zijn ze verse witte bolletjes gaan halen op de markt. Witte bolletjes in Nepal! Weer iets wat me gelukkig maakt, net zoals thuis op zondagmorgen, met een bakkie thee, een muziekje, en zelfs de krant werd net bezorgd! Helaas kom ik niet verder dan de datum want dat is het enige wat in het Engels vermeld wordt maar het idee van de krant lezen is leuk. Apphia komt zo en dan gaan we samen op pad. Het mag dan zondag zijn, de werkweek is hier alweer begonnen! Ik wens jullie een hele goede dag toe met veel vreugde en dankbaarheid, Gods zegen. Willen jullie bidden dat alle meiden en Sisir veilig thuiskomen en een goede tijd hebben met hun familie? Voor de mensen hier in Nepal dat ze liefde mogen voelen en doorgeven, en voor mij de kracht en energie om samen met God door te gaan en mijn ‘sunshine’ licht te laten stralen in deze donkere wereld. Dankjewel, ik bid voor jullie!